deelnemer
Apparence
Étymologie
[modifier le wikicode]Nom commun
[modifier le wikicode]Nombre | Singulier | Pluriel |
---|---|---|
Nom | deelnemer | deelnemers |
Diminutif | deelnemertje | deelnemertjes |
deelnemer \de:l.ne.mœɾ\ masculin (pour une femme, on dit : deelneemster)
Taux de reconnaissance
[modifier le wikicode]- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 100,0 % des Flamands,
- 100,0 % des Néerlandais.
Prononciation
[modifier le wikicode]- Pays-Bas : écouter « deelnemer [de:l.ne.mœɾ] »
Références
[modifier le wikicode]- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]