Définition, traduction, prononciation, anagramme et synonyme sur le dictionnaire libre Wiktionnaire.
Cette annexe présente la conjugaison du verbe groeien . Il est conjugué à l'aide de l'auxiliaire zijn .
Participe (deelwoord )
Participe présent (onvoltooid deelwoord )
Participe passé (voltooid deelwoord )
groeiend
gegroeid
Indicatif (aantonende wijs )
Personne
Présent (onvoltooid tegenwoordige tijd , abrégé o.t.t. )
Passé composé (voltooid tegenwoordige tijd , abrégé v.t.t. )
1re pers. sing.
ik
groei
ik
ben gegroeid
2e pers. sing.
jij, je
groeit
jij, je
bent gegroeid
u (vouvoiement)
groeit
u (vouvoiement)
bent/is gegroeid
gij, ge
groeit
gij, ge
zijt gegroeid
3e pers. sing.
hij, zij, het
groeit
hij, zij, het
is gegroeid
1re pers. pl.
wij, we
groeien
wij, we
zijn gegroeid
2e pers. pl.
jullie
groeien
jullie
zijn gegroeid
3e pers. pl.
zij, ze
groeien
zij, ze
zijn gegroeid
Personne
Passé simple (onvoltooid verleden tijd , abrégé o.v.t. )
Plus-que-parfait (voltooid verleden tijd , abrégé v.v.t. )
1re pers. sing.
ik
groeide
ik
was gegroeid
2e pers. sing.
jij, je
groeide
jij, je
was gegroeid
u (vouvoiement)
groeide
u (vouvoiement)
was gegroeid
gij, ge
groeide
gij, ge
waart gegroeid
3e pers. sing.
hij, zij, het
groeide
hij, zij, het
was gegroeid
1re pers. pl.
wij, we
groeiden
wij, we
waren gegroeid
2e pers. pl.
jullie
groeiden
jullie
waren gegroeid
3e pers. pl.
zij, ze
groeiden
zij, ze
waren gegroeid
Personne
Futur (onvoltooid, tegenwoordig en toekomende tijd , abrégé o.t.t.t. )
Futur antérieur (voltooid, tegenwoordig en toekomende tijd , abrégé v.t.t.t. )
1re pers. sing.
ik
zal groeien
ik
zal gegroeid zijn
2e pers. sing.
jij, je
zult/zal groeien
jij, je
zult/zal gegroeid zijn
u (vouvoiement)
zult/zal groeien
u (vouvoiement)
zult/zal gegroeid zijn
gij, ge
zult groeien
gij, ge
zult gegroeid zijn
3e pers. sing.
hij, zij, het
zal groeien
hij, zij, het
zal gegroeid zijn
1re pers. pl.
wij, we
zullen groeien
wij, we
zullen gegroeid zijn
2e pers. pl.
jullie
zullen groeien
jullie
zullen gegroeid zijn
3e pers. pl.
zij, ze
zullen groeien
zij, ze
zullen gegroeid zijn
Conditionnel (voorwaardelijke wijs )
Personne
Conditionnel présent (onvoltooid verleden toekomende tijd , abrégé o.v.t.t. )
Conditionnel passé (voltooid verleden toekomende tijd , abrégé v.v.t.t. )
1re pers. sing.
ik
zou groeien
ik
zou gegroeid zijn / zou zijn gegroeid
2e pers. sing.
jij, je
zou groeien
jij, je
zou gegroeid zijn / zou zijn gegroeid
u (vouvoiement)
zou/zoudt groeien
u (vouvoiement)
zou/zoudt gegroeid zijn / zou/zoudt zijn gegroeid
gij, ge
zoudt groeien
gij, ge
zoudt gegroeid zijn / zoudt zijn gegroeid
3e pers. sing.
hij, zij, het
zou groeien
hij, zij, het
zou gegroeid zijn / zou zijn gegroeid
1re pers. pl.
wij, we
zouden groeien
wij, we
zouden gegroeid zijn / zouden zijn gegroeid
2e pers. pl.
jullie
zouden groeien
jullie
zouden gegroeid zijn / zouden zijn gegroeid
3e pers. pl.
zij, ze
zouden groeien
zij, ze
zouden gegroeid zijn / zouden zijn gegroeid
Subjonctif (aanvoegende wijs )
Note d’usage : Le subjonctif n’est pratiquement plus utilisé en néerlandais. Il ne subsiste que dans certaines situations (expressions, vœux, recettes, etc.) et ne s’utilise qu’à la troisième personne du singulier.
Personne
Présent
Passé
3e pers. sing.
hij, zij, het, men
groeie
hij, zij, het, men
groeide
Impératif (gebiedende wijs )
2e pers. sing.
groei
2e pers. sing. (vouvoiement)
groeit u
1re pers. pl.
laten we groeien
2e pers. sing.
groei
2e pers. sing. (vouvoiement)
groeit u
Indicatif (aantonende wijs )
Personne
Présent (onvoltooid tegenwoordige tijd , abrégé o.t.t. )
Passé composé (voltooid tegenwoordige tijd , abrégé v.t.t. )
1re pers. sing.
ik
word gegroeid
ik
ben gegroeid
2e pers. sing.
jij, je
wordt gegroeid
jij, je
bent gegroeid
u (vouvoiement)
wordt gegroeid
u (vouvoiement)
bent/is gegroeid
gij, ge
wordt gegroeid
gij, ge
zijt gegroeid
3e pers. sing.
hij, zij, het
wordt gegroeid
hij, zij, het
is gegroeid
1re pers. pl.
wij, we
worden gegroeid
wij, we
zijn gegroeid
2e pers. pl.
jullie
worden gegroeid
jullie
zijn gegroeid
3e pers. pl.
zij, ze
worden gegroeid
zij, ze
zijn gegroeid
Personne
Passé simple (onvoltooid verleden tijd , abrégé o.v.t. )
Plus-que-parfait (voltooid verleden tijd , abrégé v.v.t. )
1re pers. sing.
ik
werd gegroeid
ik
was gegroeid
2e pers. sing.
jij, je
werd gegroeid
jij, je
was gegroeid
u (vouvoiement)
werd gegroeid
u (vouvoiement)
was gegroeid
gij, ge
werdt gegroeid
gij, ge
waart gegroeid
3e pers. sing.
hij, zij, het
werd gegroeid
hij, zij, het
was gegroeid
1re pers. pl.
wij, we
werden gegroeid
wij, we
waren gegroeid
2e pers. pl.
jullie
werden gegroeid
jullie
waren gegroeid
3e pers. pl.
zij, ze
werden gegroeid
zij, ze
waren gegroeid
Personne
Futur (onvoltooid, tegenwoordig en toekomende tijd , abrégé o.t.t.t. )
Futur antérieur (voltooid, tegenwoordig en toekomende tijd , abrégé v.t.t.t. )
1re pers. sing.
ik
zal gegroeid worden
ik
zal gegroeid zijn
2e pers. sing.
jij, je
zult gegroeid worden
jij, je
zult gegroeid zijn
u (vouvoiement)
zult gegroeid worden
u (vouvoiement)
zult gegroeid zijn
gij, ge
zult gegroeid worden
gij, ge
zult gegroeid zijn
3e pers. sing.
hij, zij, het
zal gegroeid worden
hij, zij, het
zal gegroeid zijn
1re pers. pl.
wij, we
zullen gegroeid worden
wij, we
zullen gegroeid zijn
2e pers. pl.
jullie
zullen gegroeid worden
jullie
zullen gegroeid zijn
3e pers. pl.
zij, ze
zullen gegroeid worden
zij, ze
zullen gegroeid zijn
Conditionnel (voorwaardelijke wijs )
Personne
Conditionnel présent (onvoltooid verleden toekomende tijd , abrégé o.v.t.t. )
Conditionnel passé (voltooid verleden toekomende tijd , abrégé v.v.t.t. )
1re pers. sing.
ik
zou gegroeid worden
ik
zou gegroeid zijn
2e pers. sing.
jij, je
zou gegroeid worden
jij, je
zou gegroeid zijn
u (vouvoiement)
zou/zoudt gegroeid worden
u (vouvoiement)
zou/zoudt gegroeid zijn
gij, ge
zoudt gegroeid worden
gij, ge
zoudt gegroeid zijn
3e pers. sing.
hij, zij, het
zou gegroeid worden
hij, zij, het
zou gegroeid zijn
1re pers. pl.
wij, we
zouden gegroeid worden
wij, we
zouden gegroeid zijn
2e pers. pl.
jullie
zouden gegroeid worden
jullie
zouden gegroeid zijn
3e pers. pl.
zij, ze
zouden gegroeid worden
zij, ze
zouden gegroeid zijn